Culemborg, Joost Reus (GroenLinks): We lopen voorop met het aantal laadpalen voor elektrische auto’s
Culemborg, Joost Reus (GroenLinks): We lopen voorop met het aantal laadpalen voor elektrische auto’s
‘We lopen vooruit met het aantal laadpalen. Nog niet met het aantal elektrische auto’s, maar de laadpalen staan vast klaar. Culemborg was ook één van de eersten met een slim overdekt laadplein met zonnepanelen op de overkapping. De meeste auto’s zijn nog niet geschikt om stroom terug te leveren aan het net in tijden van schaarste, maar slim laden wordt zeker de toekomst. Er lag een plan voor zes windmolens van maximaal 270 meter tiphoogte, maar de raad vond dat te hoog en te groot. Zo hoog staan ze nog niet in Nederland. De initiatiefnemers beraden zich er nu op of de businesscase uit kan als het er minder en lager worden. Intussen zijn er veel inwoners die in hun eigen huis aan de slag gaan met verduurzaming. Er komen veel mensen af op wijkgerichte acties, zoals een avond over besparing of zonnepanelen. Zeker nu met de hoge energieprijzen! Wat dat betreft zijn die niet zo verkeerd, al moeten we natuurlijk wel wat doen aan energiearmoede. Met hele wijken gaan we pas aan de slag als er stevige financiering vanuit het Rijk ligt.’
Culemborg was één van de eersten met een slim laadplein. Hoe kwam dat er?
‘We hebben de afgelopen zeven jaar flink bijgedragen aan de energietransitie. Culemborg wil in 2040 energieneutraal zijn en dat is best een opgave. We lopen vooruit met het aantal laadpalen. Nog niet met het aantal elektrische auto’s, maar de laadpalen staan vast klaar. Culemborg was ook één van de eersten met een slim overdekt laadplein met zonnepanelen op de overkapping. Het initiatief daarvoor kwam van een van de inwoners van de ecowijk, Amar Sjouw en Wa. De gemeente heeft 75.000 euro beschikbaar gesteld voor duurzame initiatieven en dit was één van die initiatieven. Met bijdragen vanuit de regio en de provincie is het ook gelukt. De meeste auto’s zijn nog niet geschikt om stroom terug te leveren aan het net in tijden van schaarste, maar slim laden wordt zeker de toekomst. Dan wordt het mogelijk om aan te geven of je auto met spoed geladen moet worden, of dat je hem pas over twee dagen nodig hebt zodat hij in de tussentijd stroom kan leveren als die schaars is en kan laden als de zon schijnt. De techniek is al beschikbaar, maar het moet zich hier nog uitkristalliseren. Nu al is overdag laden op het laadplein goedkoper dan ’s nachts. Zo benut je rechtstreeks de opbrengst van de zonnepanelen. We hoefden als gemeente nauwelijks iets te doen aan het laadplein. Dat vind ik het mooiste, als het van onderop komt. Je kunt als kleine gemeente weinig doen. Ik heb maar één medewerker duurzaamheid.’
En windenergie?
‘Dit is een compacte stad met weinig buitengebied. Als puntje bij paaltje komt, schrikken mensen van de plannen. Bijvoorbeeld bij windmolens. We hebben uitgebreide trajecten gevolgd en een windvisie gemaakt, waar de raad ja tegen zei. Er zijn initiatiefnemers aan de slag gegaan, waaronder een energiecoöperatie, met Eneco. De raad vond dat hun voorstel, 6 molens van maximaal 270 meter tiphoogte, te hoog en te groot was. Zo hoog staan ze nog niet in Nederland. De initiatiefnemers beraden zich er nu op of de businesscase uit kan bij minder of lagere windmolens. Culemborg wekt nu zeven procent van de eigen elektriciteit op. Dat zou met deze molens een kwart worden: een mooie stap vooruit. Maar het is nog niet gelukt. In een buurgemeente zijn nu plannen voor drie molens, op initiatief van een energiecoöperatie. Dat heeft meer sympathie dan een commerciële partij. Als Eneco het daar zou hebben gedaan, was het niet gelukt. Ik vind de argwaan die bedrijven ontmoeten niet terecht, want je hebt hun expertise en financiële kracht nodig om dit door te zetten. Dit kan lokale initiatieven ook versterken. De voorwaarde van 50 procent lokaal eigendom, gold bij ons al in 2018. Het is lastig om zo’n gigantisch duurzaamheidsvraagstuk voor een volgende generatie af te wegen tegen mensen die hier en nu hinder ondervinden. Hun stem wordt nu meer gehoord dan die van toekomstige generaties. Dat vind ik zelf lastig om te verkroppen.’’
Hoe helpt u burgers om zelf te verduurzamen?
‘We geven een duurzaamheidslening aan mensen met een eigen woning. Die wordt goed benut. Het is een revolverend fonds, dus het geld komt weer terug. Vrijwilligers geven vanuit de lokale energiecoöperatie voorlichting en zijn bezig om per straat mensen te motiveren om aardgasvrij-ready te worden. In drie straten worden de burgers intensief betrokken. Ze beginnen met een straatbarbecue, en ze trekken we samen op om investeringen in eigen huis te doen. De energiecoöperatie wordt steeds professioneler. Op een gegeven moment moeten die vrijwilligers betaald worden.
Binnenkort wordt de Transitievisie warmte in de gemeenteraad behandeld. Ik vind het wel lastig om als wethouder mensen te motiveren, als allerlei landelijke subsidies en regelingen nog niet rond zijn. In de ecowijk ging het een paar jaar geleden goed, maar in de zeventiger jaren wijk was het moeizamer. Mensen hikken aan tegen het nemen van maatregelen en de financiering ervan. Daarom gaan we nu pas met hele wijken aan de slag als er stevige financiering vanuit het Rijk ligt. Intussen stimuleren we wel diegenen die zelf willen. Laatst vroeg iemand die hier een huis kocht, of hij er een voorbeeldhuis van kon maken, om anderen te stimuleren. Dat vind ik een mooi idee. Dus wij gaan kijken of we kunnen helpen.
Met corona loopt het moeilijker, maar er komen veel mensen af op wijkgerichte acties, zoals een avond over besparing of zonnepanelen. Zeker nu met de hoge energieprijzen! Wat dat betreft zijn die niet zo verkeerd, als mensen met een minimuminkomen maar worden gecompenseerd. Energiearmoede is een belangrijk issue voor de raad. De energiebank Rivierenland is net opgericht, om mensen met een kleine portemonnee te helpen. We hebben een pilot gedaan, waarbij mensen die in de schuldhulpverlening zitten een energiezuinige koelkast krijgen, die ze terugbetalen met de besparing op de energierekening.
De gemeenteraad is niet flauw geweest, al voordat het Rijk over de brug komt. We trekken nu een miljoen uit voor vier jaar, voor duurzaamheid. Maar in heel Culemborg hebben we met zijn allen 200 tot 500 miljoen euro nodig voor de verduurzaming van gebouwen. Dat is een enorme opgave. Het kost ons als gemeente miljoenen om dat in goede banen te leiden en onze inwoners actief te betrekken. Dat kunnen we als gemeente nooit ophoesten.
Wat zijn uw tips voor de volgende vier jaar?
‘Het is belangrijk om de noodzaak te benadrukken. Die raakt steeds buiten beeld. Voor je het weet gaat het over slagschaduw en decibels geluid. Nadat we in 2018 de windvisie hadden opgesteld, hebben we als gemeente nauwelijks gecommuniceerd. Zo’n windproject lijkt dan uit de lucht te vallen, na 2 jaar stilte. We moeten blijven communiceren: we moeten alles uit de kast halen om onze duurzaamheidsdoelen te kunnen halen; er zal enige hinder zijn; die moeten we accepteren om dit enorme vraagstuk te kunnen tackelen. Zo’n Green Energy Day kan helpen om het bewustzijn te stimuleren. Zowel bij duurzame energie als bij de warmtetransitie, zullen mensen zelf aan de slag moeten gaan. Dat kan niet zonder dat ze gemotiveerd zijn. Bij zonnepanelen volgen er meer als er één schaap over de dam is, zeker als je er geld aan overhoudt. Bij de warmtetransitie staan we nog aan het begin. Als duidelijk wordt dat je zonder aardgas ook comfortabel kunt wonen en de kosten gelijk blijven of zelfs dalen, dan kan het snel gaan.’